Gender Equality Champion 2022: Irene Khan

Gender Equality Champion 2022: Irene Khan

story

Tijdens de Media4Women-campagne delen we de verhalen van Gender Equality Champions: mensen die al bijdragen aan gendergelijkheid in de media. We sluiten de campagne af met onze laatste Champion: Irene Khan, de Speciale VN-Rapporteur voor Vrijheid van Meningsuiting. De discriminatie en bedreigingen die vrouwelijke journalisten meemaken zijn een groot gevaar voor gendergelijkheid.

Als speciaal rapporteur voor vrijheid van meningsuiting, aangesteld door de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties, is Irene Khan de onafhankelijke expert die de staat van vrijheid van meningsuiting en media vrijheid monitort in diverse landen. Vervolgens stelt ze de kwesties die ze tegenkomt aan de orde en rapporteert deze aan de Council on the State of Media Freedom.
 

Wat zijn volgens jou de grootste uitdagingen waar we wereldwijd voor staan als het gaat om de onderdrukking van de vrijheid van meningsuiting?
“Een van de grootste uitdagingen zijn de bedreigingen waarmee journalisten worden geconfronteerd. De veiligheid van journalisten staat onder vuur, en daarmee de redactionele vrijheid van de media en het pluralisme van de media. En niet alleen in autocratische regimes, ook in democratische landen zien we een terugval. Vrije en onafhankelijke media zijn een pijler van de democratie, en de democratie wordt bedreigd.”

 

U bent de eerste vrouw die de functie bekleedt van speciale VN-rapporteur voor de bevordering en bescherming van de vrijheid van meningsuiting. Gendergelijkheid vormt een belangrijke prioriteit tijdens uw mandaat. Wat zijn volgens u de meest urgente kwesties die in dit verband moeten worden aangepakt?
In de context van de vrijheid van de media, denk ik dat de veiligheid van vrouwelijke journalisten van het grootste belang is, wat samenhangt met het vermogen van vrouwen om deel te nemen aan het brengen nieuws en om vrijuit te verslag te doen zonder angst. Helaas worden vrouwelijke journalisten online en in de echte wereld aangevallen. Ze worden geconfronteerd met discriminatie en bedreiging vanuit de eigen redactie, en tijdens hun werk in het veld. En dat is, denk ik, een grote bedreiging voor gendergelijkheid, de veiligheid van vrouwelijke mediawerkers is in de loop der jaren uitgegroeid tot een serieus probleem. De lijst met misstanden en bedreigingen die vrouwen in de media krijgen, zowel online als offline, is lang.”

 

Volgens een wereldwijd onderzoek onder 900 journalisten uit 125 landen, uitgevoerd door UNESCO en ICJ, heeft 73% van de respondenten online geweld ervaren, en in 47% van die gevallen had het betrekking op hun geslacht, gevolgd door politiek, verkiezingen en mensenrechten en sociaal beleid. Wat is er volgens u nodig om deze statistieken te verbeteren?
“Dit is een zeer ernstig probleem waarmee vrouwelijke journalisten worden geconfronteerd, we moeten het heel serieus nemen en het probleem uitgebreid bekijken. Ten eerste moeten sociale-mediaplatforms erkennen dat online geweld een realiteit is. Ze moeten vrouwen erbij betrekken en het aspect gender meenemen vanaf het moment dat ze beginnen met het ontwerpen van hun producten, tot de moderatie van content en tools die worden geboden om vrouwen weerbaarder te maken. Tegelijkertijd moeten ze ervoor zorgen dat hun producten een veilige ruimte creëren voor vrouwelijke journalisten en mediawerkers om online te werken.

Het tweede aspect is de overheid, de wetshandhaving, de politie, de rechterlijke macht. Ze moeten online geweld net zo serieus nemen als geweld in de echte wereld. Ze moeten erkennen dat het een psychologische aanval op hen is. Het is niet zomaar een tweet wanneer massale pesterijen plaatsvinden tegen vrouwelijke journalisten, zowel omdat ze vrouw zijn, als vanwege het werk dat ze doen. Ze moeten worden beschermd tegen aanvallen, de wet moet sneller reageren en er moeten ondersteunende systemen zijn.

Ten slotte moeten ook de mediabedrijven, de werkgevers, hun verantwoordelijkheid nemen en serieuze maatregelen nemen om vrouwen te beschermen. Zowel op de redactie, als wanneer ze ze de straat op sturen. Wat we dus nodig hebben, is een alomvattende en veelzijdige aanpak die online geweld net zo serieus neemt als geweld in de echte wereld, en die erkent dat vrouwelijke journalisten dubbel risico lopen, zowel als vrouw en als journalist.”


Wat betreft de veiligheid van vrouwen in de media, hoe zou succes eruit zien aan het einde van uw mandaat als speciaal rapporteur? En met wie zou u op dit punt willen samenwerken?

“Ik zou graag willen werken met alle stakeholders, maar vooral met de vrouwen zelf, want niemand weet beter dan deze vrouwen waar ze mee te maken hebben. Dus voor mij zou een succescriterium de empowerment en het betrekken van vrouwelijke mediawerkers in mijn werk zijn. Ik geloof ook dat ik succes zal zien als er meer bewustzijn is bij de belanghebbenden. Wanneer staten, sociale-mediaplatforms en mediabedrijven dit allemaal als een groot probleem gaan zien, en wanneer meer vrouwen besluiten journalist te blijven.

Het vertrouwen van het publiek in de media hangt voor een groot deel af van de vraag of de media de samenleving vertegenwoordigen. Vrouwen maken zijn een groot deel van de samenleving en moeten dus ook deel uitmaken van het democratisch proces. Dus als ik meer vrouwen in dit beroep zie komen, erin zie blijven en daarraan kan bijdragen, zo zou succes eruit zien. Het is een langetermijneffect. Ik weet niet zeker of dit over drie jaar of zes jaar in de loop van mijn mandaat zal gebeuren. Maar daar moeten we naartoe werken.”
 

Videoboodschap
 

Deel deze pagina:

Subject:
Media4Women, 
Veiligheid van journalisten, 
Digitale veiligheid