Journalist aan het woord: Okke Ornstein
De campagne #UnmaskTheTruth gaat over het steunen van aangevallen journalisten. Als onderdeel van de campagne praten we met ervaringsdeskundigen, mensen die aangevallen zijn vanwege hun journalistieke werk of die journalisten hebben bijgestaan. Dit keer praten we met Okke Ornstein. Hij werkte jarenlang als onderzoeksjournalist in Panama. In die jaren bracht hij veel corruptie en frauduleuze praktijken aan het licht.
Okke is zeker bekend met de gevaren van het werken als onderzoeksjournalist. In november 2016 werd hij in Panama opgepakt en gevangengezet vanwege een veroordeling van laster die stamde uit 2012. We spreken met hem over de steun die hij toen ontving, het belang van onderzoeksjournalistiek en over de risico’s van het vak.
Hoe zou je het werk als onderzoeksjournalist omschrijven?
“Het doel is dat je iets achterhaalt wat mensen moeten weten. Dat kan op twee manieren: je krijgt een tip over iets wat niet in de haak is en je gaat onderzoeken of dit klopt, of je ontvangt een pak met papieren in je brievenbus en je gaat daarin op zoek naar een verhaal.
Hiervoor heb je middelen nodig. Daarom zijn de wetten van transparantie zo belangrijk, zoals openbaarheid van bestuur, zodat je verzoeken kunt indienen om documenten te zien. Dat is in Nederland goed geregeld. In heel veel andere landen niet. Dan krijg je het gewoon niet, of je wordt meteen lastig gevallen. Als onderzoeksjournalist moet je nieuwsgierig zijn, maar zeker ook een hoop doorzettingsvermogen hebben en niet bang zijn.”
Panama is zeker een land waar je als journalist risico loopt als je onderzoek doet, dat heb jij ook ervaren. Op welke manieren ben jij tegengewerkt?
“Ik ontving veel bedreigingen. Ik werkte samen met een lokale journalist aan een Panama verhaal over fraude waar regeringsleiders bij betrokken waren. Toen werden we op een gegeven moment achtervolgd en verschenen er mensen bij haar op kantoor die bedreigingen uitten. Dat was echt heel erg.
Daarnaast ben ik ook juridisch tegengewerkt. Ik was laatst op een evenement over SLAPP Suits, het opstapelen van zaken tegen journalisten, wat je nu ook bij Maria Ressa ziet. Bij mij hebben ze dat ook eindeloos gedaan. Ik had zelfs twee zaken lopen die over precies hetzelfde gingen. Zelfs nu heb ik er nog last van. Afgelopen december won ik een kort geding die tegen mij was aangespannen, nog vanwege een artikel dat stamde uit mijn tijd in Panama. Het juridische gedoe uit die tijd is eigenlijk dus nog steeds niet helemaal klaar.”
Ik las ook de term Libel Tourism [red. ‘Smaad Toerisme’].
“Ja, dat krijg je nu steeds meer. Als je iets op internet plaatst dan is het wereldwijd te lezen, wat betekent dat je ook overal aangifte kunt doen tegen iemand die iets over jou gepubliceerd heeft. Dat hebben ze bij mij ook geprobeerd. Ze hadden op een gegeven moment in meerdere landen waaronder Rusland en Kroatië allemaal aangiftes gedaan tegen mij voor smaad. Dat is niet gelukt, maar het wordt wel geprobeerd.”
Hoe ben je met deze bedreigingen en intimidaties omgegaan?
“Mijn strategie was om een hoog profiel te houden, heel zichtbaar te zijn. Elke uitnodiging om bijvoorbeeld iets op de radio te vertellen nam ik aan. Dan wordt het toch moeilijker om iets te doen omdat iedereen je kent. Dat heeft een tijd lang gewerkt.”
Totdat je in 2016 op het vliegveld van Panama werd opgepakt en gevangengezet, toch nog vanwege een zaak die stamde uit 2012. Je was veroordeeld voor 20 maanden celstraf, maar bent uiteindelijk na vijf weken vrijgelaten. Hoe ben je in die periode geholpen?
“Er zat toen in Panama een hele goede Nederlandse ambassadeur, die ook iedere week op bezoek kwam in de gevangenis. Samen met mijn advocaat bedachten we een strategie bestaande uit drie tactieken: de juridische weg met een advocaat en een verzoek om gratie, politieke druk om het verzoek te accepteren en tenslotte publicitaire druk.
Waar ik wel bang voor was, was dat de aandacht zou verslappen. Als er niks verandert in je situatie, wordt er ook niet meer over geschreven. Daarom is snelle actie ontzettend belangrijk in zo’n situatie. Zoals de steun die ik ontving vanuit Free Press Unlimited’s Reporters Respond fonds, waarmee ik direct een advocaat kon betalen.”
Wat heb je gedaan nadat je vrijkwam?
“Ik ben weggegaan uit Panama. Dat dit de juiste beslissing was bleek toen ik er nog een keer heen ben geweest om mijn dochter op te zoeken, anderhalf jaar geleden. Nadat ik geland was werd ik in het vliegtuig al opgeroepen om me meteen te melden bij immigratie. Daar werd ik meegenomen en ondervraagd. Ik had de ambassadeur al op speed dial. Ze vroegen wat ik kwam doen en of ik weer over hen ging schrijven. Na 20 minuten mocht ik weer weg.”
Je was jarenlang werkzaam en woonachtig in Panama. Hoe was het om weer terug te zijn in Nederland?
“Hier in Nederland zit de journalistiek heel anders in elkaar, het is erg provinciaals en in zichzelf gekeerd. Artikelen moeten altijd een Nederlandse invalshoek hebben. Dat zou ik graag anders zien.
Als onderzoeksjournalist moet je een verhaal ook lekker vertellen, dat gebeurt in Nederland vaak niet. De sensatiekranten in Latijns Amerika zijn veelal onbetrouwbaar, maar een ding dat je wel van ze kan leren is het vermogen om een belangrijk verhaal op een juicy manier te vertellen. Dat doen we hier in Noord-Europa niet, hier moet het allemaal feitelijk, gortdroog en volgens de regeltjes.”
Wat moet een goed journalistiek verhaal volgens jou hebben?
“Oog voor detail. Ik vind het ook leuk om iets te lezen wat iets surreëels heeft. Een voorbeeld hiervan is iets wat ik heb gezien in Syrië. De hooggehakte jetset van Damascus arriveerde in Range Rovers en bontjassen bij ons hotel voor een salsa avond, terwijl je buiten in de verte het doffe gedreun van bommen en zware artillerie kon horen. Je kunt alleen vertellen over de bommen, maar je kunt ook het grote contrast dat er heerst beschrijven. Dan breng je de absurditeit over van wat daar gebeurd en vertel je het hele verhaal.”
Wat is volgens jou het belang van onderzoeksjournalistiek?
“Als je als burger een hele hoop belasting betaalt, heb je ook het recht om te weten dat dat goed besteed wordt. Dat autoriteiten niet een loopje nemen met de taken waar ze voor aangesteld zijn. De rol van de journalistiek is om kritische vragen te stellen.
Als journalisten daarbij worden tegengewerkt is dat vaak juist reden voor meer onderzoek. Het beste voorbeeld daarvan is toch wel Daphne Caruana Galizia [red.: Daphne Caruana Galizia werd in 2017 in Malta vermoord vanwege haar onderzoek naar de maffia]. Er is zoveel dat nog uitgezocht moet worden. Die verhalen, zoals die van Daphne, die stoppen niet. Als er een journalist wordt vermoord, opgesloten of het land uitgegooid, dan moet duidelijk zijn dat ze daarmee nog niet van het verhaal af zijn. Het verhaal moet doorgaan.”