Onze ogen in Gaza: aanhoudend geweld tegen journalisten
Drie dagen geleden werd Al Jazeera-journalist Samer Abudaqa vermoord terwijl hij aan het werk was. Ambulances en reddingswerkers konden hem niet bereiken omdat het te gevaarlijk was om het gebied te betreden, hierdoor is hij na meer dan 5 uur aan zijn verwondingen overleden. Hij is een van de 95 journalisten die tussen 7 oktober 2023 en 21 maart 2024 zijn gedood in Palestina, Israël en Libanon.
We zitten inmiddels al in de derde maand van geweld in Gaza; de derde maand van ongekend geweld tegen journalisten. Journalisten werken dagelijks onder enorm moeilijke omstandigheden en riskeren hun leven om verslag uit te brengen. Ze worden blootgesteld aan voortdurende bombardementen, hebben te maken met een tekort aan basisbehoeften, waaronder voedsel en water, moeten elektriciteitsstoringen en communicatiestoringen omzeilen, en verkeren in grote angst omdat hun familie, vrienden en collega's worden vermoord.
Naar aanleiding van het onderzoek van Reuters naar de moord op journalist Issam Abdallah in Libanon, bestaat er toenemende bezorgdheid over doelbewuste aanvallen op journalisten. Uit bewijsmateriaal blijkt dat het Israëlische leger zich opzettelijk heeft gericht op een groep journalisten, hoewel zij duidelijk als media herkenbaar waren.
Huidige omstandigheden
Een paar dagen geleden sprak Free Press Unlimited met Amjad Yaghi, een Palestijnse journalist gevestigd in Gaza, die voor Al-Araby Al-Jadeed werkt.
[Er zijn] de moeilijkheden van het dagelijks leven, aangezien de journalisten deel zijn van de Gazaanse gemeenschap. Alles waaraan deze gemeenschap wordt blootgesteld, inclusief honger, gebrek aan hulpbronnen, schoon water, hygiëne en goed voedsel, daar lijden wij ook onder. We missen al deze basisbehoeften die ons op de been houden.
Hij beschreef ook de voortdurende angst die journalisten in Gaza hebben voor hun familieleden: “Journalisten verkeren in constante angst, aangezien zij zelf ook familieleden verliezen. Ik verloor bijvoorbeeld mijn gezin, maar ook mijn oom. Naast financiële druk moet ik mijn werk ook onder psychologische en morele druk uitvoeren"
De berichten op sociale media van journalisten in Gaza benadrukken hoe de situatie steeds wanhopiger wordt. De Palestijnse filmmaker Bisan Owda begint haar videoreportages met "Dit is Bisan uit Gaza, ik leef nog". Fotojournalist Motaz Azaiza schrijft dat "de fase waarin je je leven riskeert om te laten zien wat er gebeurt nu voorbij is en de fase van proberen te overleven is begonnen". Lokale Palestijnse organisaties, met wie Free Press Unlimited in contact staat, onderstrepen de ernstige psychische problemen en vermoeidheid waar Palestijnse journalisten onder lijden. Dit wordt verergerd vanwege de gesloten grenzen, waardoor journalisten onmogelijk rust kunnen nemen.
Staakt-het-vuren
Een onmiddellijk staakt-het-vuren en de garantie dat journalisten beschermd worden binnen het internationaal humanitair recht, zijn nodig om de veiligheid van de journalisten die in Gaza werken te garanderen en ervoor te zorgen dat we betrouwbare informatie blijven ontvangen. Niets anders kan journalisten beschermen tegen de voortdurende bombardementen, beschietingen, aanvallen en bedreigingen waarmee ze worden geconfronteerd. Amjad Yaghi legde ons uit dat “de risico’s waaraan journalisten in Gaza worden blootgesteld [...] te wijten zijn aan het gebrek aan veiligheid in elk denkbaar gebied van de Gazastrook, zelfs als het een internationaal beschermd gebied is." Op dezelfde manier schreef de Palestijnse journalist Prestia Alaqad in november op Instagram:
Vroeger droeg ik altijd mijn pers vest en helm, maar de laatste tijd draag ik ze niet meer. Ik voel me nooit veilig in Gaza, zelfs als ik slaap, voel ik me niet veilig, maar vooral als ik [mijn] pers vest en helm draag, voel ik me niet veilig. Ik hoop dat deze nachtmerrie snel eindigt, ik hoop dat we geen journalisten meer verliezen.
Onze ogen in Gaza
Onze ogen in Gaza zijn vooral lokale Palestijnse journalisten. Buitenlandse journalisten zijn consequent toegang tot de Gazastrook geweigerd. De zeer geringe aantallen buitenlandse journalisten die Gaza zijn binnengekomen, zijn bijna allemaal ingebed geweest in het Israëlische leger en onderworpen aan strikte beperkingen en censuur. Nog maar vier dagen geleden werd het eerste onafhankelijk rapport van westerse journalisten van CNN gepubliceerd, ondanks het mediaverbod. Bovendien worden journalisten ook in Israël geconfronteerd met ernstige bedreigingen als ze kritische vragen stellen over het grootschalige geweld of medeleven of solidariteit betuigen met de mensen in Gaza. Dit vormt een ernstige bedreiging voor betrouwbare en onafhankelijke informatie. Met elke journalist die wordt vermoord, verliezen we een inkijk in Gaza. Voor elke journalist die nog leeft maar niet in staat is verslag uit te brengen vanwege de voortdurende bedreigingen, aanvallen en strijd om te overleven, verliezen we weer een paar ogen in Gaza. Niemand anders kan deze informatie verstrekken.
Zonder onafhankelijke journalistiek worden burgers in Gaza ontnomen van de informatie die ze nodig hebben om te overleven, zoals waar de veilige gebieden zijn, evacuatieroutes en doelwitten van bombardementen. Bovendien heeft het gebrek aan onafhankelijke journalistiek in Gaza gevolgen voor ons allemaal. Het onvermijdelijke resultaat is dat de wereld geen toegang zal hebben tot betrouwbare informatie te midden van deze humanitaire crisis.
Wij herhalen onze oproep aan de internationale gemeenschap:
- Om hun uiterste best te doen om een onmiddellijk staakt-het-vuren te bereiken.
- Om ervoor te zorgen dat journalisten in overeenstemming met het internationaal humanitair recht worden beschermd. Journalisten moeten de nodige bescherming krijgen en onbelemmerd de Gazastrook binnen komen en ook weer kunnen verlaten.
- Om af te zien van het beperken van financiële steun aan de media en het maatschappelijk middenveld, hun werk is essentieel om desinformatie en propaganda tegen te gaan.
- Om een einde te eisen aan de straffeloosheid voor moorden op journalisten in Israël, Palestina en Libanon en ervoor te zorgen dat er onafhankelijke, transparante en geloofwaardige onderzoeken worden gestart.