Persvrijheidscoalities MFRR en CASE betreuren rechtszaak tegen Het Financieele Dagblad
De Media Freedom Rapid Response (MFRR) en de Coalition Against SLAPPs in Europe (CASE) betreuren de rechtszaak tegen Het Financieele Dagblad (FD) en zijn solidair met het FD en zijn journalisten. De zaak, waarvan de zitting zal plaatsvinden op 13 november 2023, is een duidelijke poging om Het Financieele Dagblad en zijn journalisten het zwijgen op te leggen en te ontmoedigen om verder te berichten.
Op 6 april 2023 ontving het Financieele Dagblad (FD) een dagvaarding van Willem Blijdorp, oprichter en grootaandeelhouder van groothandel B&S. Blijdorp klaagt de krant en haar hoofdredacteur Perry Feenstra aan in een civiele zaak voor de rechtbank in Amsterdam over twee artikelen die in november 2022 zijn gepubliceerd over zijn investeringen in Iraanse steengroeven. De rechtsgrond van de claim is een onrechtmatige daad: De advocaten van Blijdorp stellen dat het artikel zijn eer en goede naam schendt en daarmee in strijd is met artikel 8 EVRM en artikel 7 van het Handvest van de grondrechten van de EU.
Gepubliceerd op 2 november 2022, onthulde het eerste artikel dat Blijdorp, die vice-voorzitter was van de raad van commissarissen van B&S, negen B&S-medewerkers had ingehuurd om zijn privé-investering in Iraans marmer te adviseren en te leiden. Volgens de krant is de betrokkenheid van B&S-medewerkers in tegenspraak met wat de B&S-directieleden in april 2022 aan andere aandeelhouders hadden verteld, waardoor het risico dat Blijdorps Iraanse belangen sancties zouden schenden, werd weggelaten.
Op 3 november verscheen een vervolgartikel, getiteld “Amerikaanse waakhond: grootaandeelhouder B&S schendt Iran-sancties”, waarin de Amerikaanse non-profitorganisatie United Against Nuclear Iran (UANI) wordt geciteerd die de gelijktijdige zakelijke relaties van Blijdorp met Iran en de Verenigde Staten omschrijft als “een duidelijke schending van Iran-sancties”.
Volgens de dagvaarding was de berichtgeving van het FD alleen bedoeld om Blijdorp te beschadigen en waren de beweringen “suggestief en deels onjuist”. Blijdorp vraagt om verwijdering van de twee artikelen van de website van het FD, een rectificatie in de gedrukte en online edities en vergoeding van zowel materiële als immateriële schade.
Intimiderende tactieken
Onze organisaties hebben de juridische claim nauwkeurig beoordeeld en zijn van mening dat deze kan worden aangemerkt als een Strategic Lawsuit Against Public Participation (SLAPP): onrechtmatige rechtszaken die worden aangespannen door machtige individuen met als doel legitieme journalistiek het zwijgen op te leggen en te intimideren.
Blijdorp koos niet voor een kort geding, de gebruikelijke route in Nederland voor zaken die legitiem gericht zijn op het beperken van reputatieschade na een publicatie, maar startte in plaats daarvan een bodemprocedure. Deze procedure duurt veel langer dan een kort geding en zal de juridische kosten voor Het Financieele Dagblad onnodig opdrijven. Blijdorp heeft de journalisten ook gevraagd al hun bronnen aan de rechter te overleggen. Daarnaast eist hij een bovenmatig bedrag van 150.000 euro aan immateriële schadevergoeding, terwijl de materiële schade in een aparte procedure zal worden berekend.
In een zorgwekkende ontwikkeling op 20 juni 2023 diende Blijdorp een verzoekschrift in om getuigen, waaronder de journalist en mogelijke bronnen, op te roepen. Verder hebben verschillende bronnen - voorafgaand aan de rechtszaak - brieven ontvangen van de advocaten van Blijdorp met het dringende verzoek om duidelijk te maken welke informatie het FD aan hen heeft verstrekt voordat zij hun getuigenis aflegden.
Op 13 november 2023 vindt er een zitting plaats bij de rechtbank Amsterdam. De MFRR en CASE stellen dat deze rechtszaak moet worden beschouwd als een Strategic Lawsuit Against Public Participation (SLAPP) en in een zo vroeg mogelijk stadium moet worden afgewezen. We herhalen ook onze solidariteit met de journalisten van Het Financieele Dagblad die al veel tijd en middelen hebben moeten besteden aan hun verdediging, terwijl ze probeerden de vertrouwelijkheid van hun bronnen te beschermen.
Bedreiging van persvrijheid
De zaak tegen Het Financieele Dagblad benadrukt de bedreiging voor de persvrijheid in Europa. Terwijl de Europese Unie van oudsher wordt beschouwd als een baken van persvrijheid, zien we een alarmerende toename van juridische intimidatie door het gebruik van SLAPP's die de vrijheid en veiligheid van journalisten bedreigen.
Een ontwerprichtlijn van de EU voor de bescherming van slachtoffers van SLAPP's was veelbelovend, maar de lopende onderhandelingen tussen de Europese Commissie, het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie kunnen de Europese waarden niet omzetten in daden. Een afgezwakte versie van de richtlijn zal geen zinvolle bescherming bieden aan journalisten, mediakanalen, activisten en maatschappelijke organisaties in Europa.
Nu we de laatste fase van de onderhandelingen over de richtlijn ingaan, illustreert dit actuele voorbeeld opnieuw het cruciale belang van een sterk mechanisme voor vroegtijdig ontslag, een brede definitie van het begrip 'grensoverschrijdend' en volledige schadevergoeding. Anders zullen soortgelijke zaken overal in de EU als paddenstoelen uit de grond schieten, waardoor de vrijheid van de media en het vermogen van journalisten en mediakanalen om hun waakhondfunctie te vervullen ernstig worden aangetast en het recht van het publiek om te weten wordt ondermijnd.
Ondertekend door
Media Freedom Rapid Response
Free Press Unlimited
European Federation of Journalists (EFJ)
International Press Institute (IPI)
OBC Transeuropa (OBCT)
European Centre for Press and Media Freedom (ECPMF)
ARTICLE 19 Europe
Coalition Against SLAPPs in Europe (CASE)